Matthéüs 5:43,44
- Gij hebt gehoord, dat er geschreven is: gij zult uw naaste liefhebben (Lev.19:17), en uw vijand zult gij haten.
- Maar Ik zeg u: hebt uw vijanden lief; zegent ze, die u vervloeken; doet goed aan degenen, die u haten; en bidt voor degenen, die u geweld aandoen, en die u vervolgen;-
Het verschil zit dus tussen uw naaste en uw vijand. Hebt uw naaste lief gelijk wanneer u uzelf lief wilt hebben, en hebt uw vijanden lief. Twee verschillen.

Matthéüs 22:38,39
- Dit (wat hierboven staat) is het eerste gebod en grootste gebod.
- En ten tweede aan dit gelijk, is: gij zult uw naaste lief hebben als uzelf.
Er staat niet: ” en iedereen liefhebben gelijk uzelf”
Wie is dan mijn naaste?

Uw naaste is ook, degenen die u barmhartigheid aandoet, gelijk als de barmhartige Samaritaan. Degenen die rechtvaardig is, uit het standpunt van God.
Matthéüs 12:47-50
- En iemand zei tot Jezus: zie, Uw moeder en Uw broeders staan daar buiten, zoekende U te spreken.
- Maar Jezus, antwoordde: wie is Mijn moeder, en wie zijn Mijn broeders?
- En Zijn hand uitgestrekt hebbende over Zijn discipelen: ziet, Mijn moeder en Mijn broeders.
- Want zo wie de wil van Mijn Vader doet, DIE in de hemelen is, deze zijn Mijn broeder, en zuster, en moeder.
Galaten 3:27-29
- Want zovelen als gij in Christus gedoopt zijt, hebt gij Christus aangedaan.
- Daarin is geen Jood noch heiden; daarin is geen slaaf noch vrije; daarin is geen man noch vrouw; want gij allen zijt één in Christus Jezus.
- En indien gij van Christus zijt, zo zijt gij Abrahams zaad, en naar de beloftenis erfgenamen (Genesis 22:18).