
Wij moeten onze God liefhebben met geheel onze hart, onze ziel, ons verstand. En onze naaste (in de HEERE) liefhebben gelijk hoe wij lief behandeld willen worden. – Matthéüs 22:37-40
Wij moeten dit doen, omdat dit het eerste en tweede gebod is. Dit is een verantwoording die wij zelf opgelegd krijgen wanneer wij tot God bekeren.
De liefde staat boven alles!
1 Johannes 4:20 zegt het volgende over zijn naaste?
Indien iemand zegt: ik heb God lief, en niet zijn broeder liefheeft, die is een leugenaar, want die zijn broeder niet liefheeft, die hij gezien heeft, hoe kan hij God liefhebben, DIE hij niet gezien heeft?
Galaten 4:3-6 geeft het volgende weer, dat iemand niet moet denken dat ie iets is?
- Want indien iemand zich verbeeldt, dat hij iets is, en het niet is, dan vergist hij zich zeer.
- Ieder moet zijn eigen werk toetsen, dan zal hij slechts voor zichzelf stof tot roem hebben, en niet voor een ander.
- Want iedereen zal zijn eigen verantwoordelijkheid dragen.

Weet dat een ieder vele malen struikelen (Jak.2:10;3:2) op de smalle pad, omdat die pad geen effen weg is, maar vol van struikelblokken en valkuilen. Degenen die nooit struikelen, zijn op de brede weg aan het wandelen, die niet naar het eeuwige leven leidt, maar naar de eeuwige dood in de tweede dood.
Romeinen 12:16-18 Weest eensgezind onder elkaar, de een de ander boven zichzelf stellen.
- Weest onderling eensgezind, niet zinnende op hoge dingen, maar voegt u in het eenvoudige.
- Weest niet eigenwijs. Vergeldt niemand kwaad met kwaad, hebt het goede voor met alle mensen.
- Houdt zo mogelijk, voor zover het van u afhangt, vrede met alle mensen.
Weest eensgezind in de HEERE, met Jezus Christus, in de Geest van God. Zet niet één voet bij God en de andere voet in de wereld. God heeft geen lust aan degenen die met de wereld wandelen en zich voordoen als christen.
